De moeder van Carry Slee had mijn blogje van gisteren gelezen en ze had er hard om moeten lachen. Ze vond me helemaal geen doos, zei ze. Ze vond me juist een fles! Ik zei dat ik fles ook een gek woord vond, maar het was beter dan doos. Doos klinkt zo kartonnerig. Ze vroeg hoe het met me ging en ik vertelde haar dat ik nog steeds worstel met de laatste correcties in het manuscript van mijn derde Izzylove-boek. Het zijn er niet eens zo veel, maar bij elke zin raak ik weer afgeleid en droom ik weg in mijn eigen verhaal. De moeder van Carry Slee vertelde me dat Carry daar ook altijd last van had. En Carry is een honderd keer betere schrijfster dan ik, dus kun je nagaan! Ik voelde me al een stuk beter. NU de moeder van Carry en ik elkaar echt leerden kennen en ze mij niet meer de hele tijd doos noemde, hadden we het bijna gezellig. Ik vertrouwde haar zelfs toe dat ik na dertig jaar mijn eerste liefde weer had ontmoet en dat het zo gezellig was. ‘Pas maar op,’ zei de moeder van Carry, straks ga je nog over hem dromen, want dat deed Carry ook. Ik lachte haar uit, want ik was natuurlijk Carry niet. ‘Nee,’ sprak de moeder van Carry, ‘jij bent jaloers en kleinzielig en dat kun je van Carry niet zeggen.’
Populaire berichten
Archief
Als ik lees, dan lees ik dit
Pagina’s
-
Meest recente berichten
- Waarom het goed is om de hele zomer offline te zijn
- Bel simpel
- Ik ben acht redacteuren
- Ecce homo
- Bloggen voor bejaarden
- Verlangen
- Niet met vreemde piraten meegaan
- Vechtscheiding
- Energielabel van een gezonken woonboot in de winter
- Kinderboekenweek 2014
- Ik zwaai dag…
- Hotzeflotzewinnaars
- Een bloedende man in de straat
- Zeven uitgevers, twee mannen, vier kinderen en een broer
- Mijn uitgeefster en ik
Archief
Advertenties